Jonge dame uit het moeras gered…
Tijdens de graafwerkzaamheden van de Kleine Beerze is in de buurt van Spekdonken door de aanwezige archeoloog een bijzondere vondst gedaan. Een devotiemedaille uit de bedevaartsplaats Halle / Hal bij Brussel. De medaille komt uit de 18e eeuw.
Een stukje historie
Op de ene kant van de medaille lijkt naast het Mariabeeld te staan: ONS LIE ROU – VAN HAL en op de keerzijde SALVATOR – MUNDI. Op de medailles van Halle wordt meestal het miraculeuze Mariabeeld van Halle gecombineerd met Christus Salvator, en bijna altijd zijn de medailles Franstalig. Hier lijkt kennelijk een poging gedaan te zijn om een Nederlandse versie te produceren.
We zijn nu niet de enige die een ‘jonge dame’ uit het moeras van de Kleine Beerze hebben gered. Ditmaal zijn het lokale bewoners die de hoofdrol spelen. De legende wil namelijk dat eens een adellijke dame met haar paard door het Molenbroek reed en in de zompige ondergrond dreigde weg te zakken. Bewoners uit de omgeving schoten toe en redden de dame uit haar hachelijke situatie. Als dank voor haar redding gaf zij het eeuwige vruchtgebruik aan de bewoners van bepaalde boerderijen in de buurstschappen Kuikseind, Doornboom en Hoogeind in de Beerzen, Hoogeind en Meerven in Vessem (Kempenland Info, 1996).
Het weiderecht werd hiermee gelegitimeerd door het oude verhaal. Een eeuwenoud conflict was geboren. Enkele eeuwen is er getwist, geprocedeerd en gebekvecht over het gebruiksrecht om vee te laten weiden in het Molenbroek. Het weiderecht is een oud zakelijk recht dat vóór de invoering van het Burgerlijk Wetboek in 1838 al bestond. Het eeuwig vruchtgebruik was gekoppeld aan het huis, niet aan de bewoners. In 1854 werd het Molenbroek verdeeld onder de omliggende gemeenten. Door de verdeling namen ook de onderlinge conflicten toe. Ondanks de verdeling bleef immers het weiderecht toebehoren aan de desbetreffende boerderijen. Zo heeft het kunnen gebeuren dat het postkantoor in Middelbeers tientallen jaren het weiderecht had in het Molenbroek.
Door de ruilverkaveling Zaligheden Oost kwam er in 1976 letterlijk en figuurlijk stilte rond het Molenbroek. De Stichting Het Noordbrabants Landschap kreeg het gebied onder haar beheer en het weiderecht waar eeuwenlang om getwist was, werd afgekocht. Hiermee kwam een eind aan het ‘sprookje’ van de adellijke dame in het moeras.